Archief

Streekhistorie: Stoomoliemolen Mercurius in Den Hoorn

In Museum Het Tramstation te Schipluiden vindt tot eind april 2017 de tentoonstelling 'Wonen in een monument' plaats. Maar liefst elf monumenten worden er belicht. Naast fraai beeldmateriaal zijn er bouwfragmenten en attributen te zien die verband houden met de getoonde panden. Een opvallend monument is de voormalige stoomoliemolen Mercurius in Den Hoorn. Het is een prachtig voorbeeld van een pand dat door een andere functie een nieuwe toekomst heeft gekregen.

De komst van oliemolen Mercurius

Aan de Hoornseweg, de weg van Den Hoorn naar Delft, stonden in de negentiende eeuw verschillende industrieën. Eén gebouw uit die eeuw is bewaard gebleven, namelijk de voormalige stoomoliemolen Mercurius. Aanvankelijk stond hier een oliemolen, die door windkracht werd voortgedreven, zie de reconstructietekening.

De sluitsteen boven de deur van het hoofdpand vermeldt het jaartal 1829 en de initialen M.J.B., die herinneren aan Mattheus Johannes Blank, de man die hier een oliemolen liet bouwen. Bewaard is gebleven de vierkante onderbouw van de molen, die 12,80 bij 12,80 meter meet. Hierop bevond zich een achtkante molen. Molendeskundigen hebben berekend dat de Mercurius waarschijnlijk de grootste oliemolen van Nederland is geweest. De wieken hadden een vlucht van 29 meter. In totaal was de hoogte veertig meter! De ligging in het open landschap en aan het water van de Hoornsevaart was ideaal voor respectievelijk de toevoer van wind en de aanvoer van grondstoffen en de afvoer van olie en veekoeken.



De voormalige oliemolen Mercurius in Den Hoorn. Reconstructietekening van Bas Koster, ca. 2004.



Productie van lijnolie en veekoeken


Omstreeks 1860 werd Hendrik Pietersz. Lambert, burgemeester van Kralingen, eigenaar van Mercurius. In het begin van de jaren zeventig kwam bij de molen een apart gebouw met een hoge schoorsteen voor een stoommachine. Dit gebouw (met enige ronde raampjes) is achter de onderbouw van de molen nog aanwezig. Zowel wind- als stoomkracht konden hier als aandrijfmiddel worden gebruikt. Een dergelijke combinatie kwam op meerdere plaatsen voor, maar gewoonlijk werd na enige tijd toch de windmolen gesloopt. Dit is in Den Hoorn ook gebeurd; de zware onderbouw van de molen bleef echter in gebruik.

Uit lijn- en raapzaad werd op deze plaats heel lang olie gewonnen. De olie was vooral bestemd voor de verlichting in huishoudens. Van het restafval werden veekoeken gemaakt. Een opgave uit 1847, de tijd van de oliemolen, vermeldt een jaarproductie van 600 vaten olie (1 vat was 100 liter) en 170.000 koeken. In 1897 werkten in de stoomolieslagerij 25 personeelsleden.



Foto van de stoomoliemolen Mercurius, ca. 1900. De schoorsteen rechts is van de stoommachine.

Nieuwe functies


Rond 1900 kwam in een van de gebouwen de suikerbakkerij van de familie Van Woerden. De bruidssuikers van deze firma waren vanwege de voortreffelijke kwaliteit beroemd in wijde omgeving. Na de oorlog was er een autoplaatwerkerij en -spuiterij in het pand gevestigd. Daarna maakte het gebouw enige decennia deel uit van Dijco BV, die de ruimte verhuurde aan Ega Giftware, een bedrijf in relatiegeschenken.

Het pand - feitelijk een industrieel monument - liep in 2002 gevaar om gesloopt te worden ten behoeve van woningbouw. Dit stukje Den Hoorn zou namelijk voor de bouw van huizen naar Delft gaan. Vlak voor de gemeentelijke herindeling op 1 januari 2004 bevestigde de Monumentencommissie van Schipluiden het belang van een gemeentelijke monumentenstatus van dit gebouw. De stad Delft erkende de waarde en gaf Mercurius een definitief beschermde status.



Mercurius na de restauratie. Foto Henk Groenendaal 2008.

De ontwikkelaar en het bureau Hulshof Architecten namen vervolgens de uitdaging aan om de bestaande gebouwen voor een woningcorporatie om te vormen tot woningen. In de voormalige oliemolen en het aangrenzende deel van een loods kwam in 2008 een Thomashuis. Hier krijgen acht mensen met een verstandelijke handicap begeleiding van een inwonend echtpaar. In het pand ernaast, een voormalig pakhuis, zijn enkele woningen gerealiseerd. Het wooncomplex is vooral bijzonder, omdat het dak en de spantconstructie van de voormalige loods het pakhuis met de oliemolen verbindt. Hierdoor is een poort ontstaan. De weg er onder leidt van de Hoornseweg naar een nieuwe Delftse woonwijk en vormt nu het markantste onderdeel van het fraai gerestaureerde complex. Een grote molensteen aan de Hoornseweg herinnert aan het oorspronkelijk gebruik van het pand erachter.

Auteur: Jacques Moerman, Historische Vereniging Oud-Schipluiden

Museum Het Tramstation, Otto van Zevenderstraat 2 te Schipluiden is geopend op woensdag (vanaf 1 april), zaterdag en de eerste zondag van de maand van 14.00-16.00 uur.

Categorieen:
Streekhistorie