Nauwelijks landbouwgif in sloten
De vervuiling van het Nederlandse oppervlaktewater is niet direct te herleiden tot het gebruik van bestrijdingsmiddelen in de land- en tuinbouw. Dat blijkt uit onderzoek van de Rijksdienst voor Volksgezondheid en Milieu, RIVM.
In opdracht van de ministeries van Vrom en Verkeer en Waterstaat onderzocht RIVM op 45 plaatsen in Nederland het oppervlaktewater.
Gekeken werd naar de 53 actieve stoffen die in 1998 het meest werden gebruikt. Slechts in drie gevallen bevatten monsters te veel resten van die stoffen, waarvan het in twee gevallen ging om stoffen die inmiddels verboden zijn (parathion en terbutryn).
Het RIVM concludeert dat de gemeten giftigheid van het Nederlandse oppervlaktewater andere oorzaken moet hebben dan bestrijdingsmiddelen. Toch acht de dienst verder onderzoek nodig, onder meer omdat niet alle 300 gangbare stoffen zijn onderzocht.