Jean deed alles met zijn tweelingbroer, maar sloeg hij hem ook dood?

De 51-jarige Jean van B. uit 's-Gravenzande blijft voorlopig vastzitten in verband met de dood van zijn tweelingbroer René, op 23 januari van dit jaar. Dat heeft de rechtbank in Den Haag bepaald.

Het Openbaar Ministerie (OM) beschuldigt Jean van moord. Zijn advocaat wil uitgezocht hebben of de dood van het slachtoffer niet een ongeluk kan zijn geweest, zo meldt mediapartner Omroep West.

Het lichaam van René van B. werd op dinsdag 24 januari gevonden in hun gezamenlijke woning aan de Van Heuven Goedhartlaan. Jean werd aangehouden als verdachte. Tijdens de eerste inleidende zitting in de Haagse rechtbank bleek dinsdag, dat het slachtoffer om het leven is gekomen door een stomp voorwerp of een val, zo citeerde de advocaat van Jean uit het voorlopige onderzoek naar de doodsoorzaak.

Hij benadrukte dat het onderzoek voorlopig is en dat daarom nog niet zeker is of Jean wel verantwoordelijk is voor de dood van zijn broer. In afwachting van het definitieve onderzoek pleitte hij dan ook voor schorsing van de voorlopige hechtenis van zijn cliënt. De rest van de familie heeft daar geen bezwaar tegen, zo betoogde raadsman Kok. De advocaat van de overige nabestaanden, Edwin Bosch, bevestigde dat.

'Twee handen op één buik'

Maar het OM wijst op de ruzie die er tussen de broers moet zijn geweest op die avond in januari. Hoe Jean zijn broer moet hebben geschopt en geslagen. Hoe hij daarna is gaan slapen en de volgende ochtend de bloedvlekken van de kastjes heeft geprobeerd te vegen. Dat past bij zijn eerste verklaring waarin hij zei: "René zal wel overleden zijn. Ik heb hem echt hard geslagen."

'Geen twijfel'

Het slachtoffer had volgens het voorlopige forensische rapport hersenletsel, gebroken ribben, een gebroken rechterarm en veel bloedingen. De officier van justitie bestrijdt dan ook de lezing van de advocaat van Jean: "Te zeggen dat er twijfel is en dat het ook door een val kan komen, is gewoon niet zo." Dat de nabestaanden zich niet zouden verzetten tegen een eventuele invrijheidstelling van de verdachte is niet genoeg, zo zegt ze: "Ik vertegenwoordig de maatschappij, niet de nabestaanden. 's-Gravenzande is een klein dorp en dit heeft voor veel beroering gezorgd."

Jean zelf vertelde dinsdag hoe moeilijk het allemaal is. "Voor de familie, voor mij, mijn nichtje die haar vader kwijt is. Het is een nachtmerrie." Edwin Bosch, advocaat van de overige familie, benadrukte dat na afloop ook nog eens: "De familie ziet het als één groot ongeluk en worstelt met wat er is gebeurd. Een ongeval zou wat hen betreft reëler zijn dan doodslag."

'Geen moord'

Dat het OM de verdachte vervolgt voor moord en er dus van uit gaat dat Jean met een vooropgezet plan heeft gehandeld, wil er bij de familie en hun advocaat niet in: "Als het OM voor doodslag zou gaan dan zou ik het nog begrijpen, maar moord?", reageert Bosch.

De rechtbank besliste uiteindelijk dat de verdachte in de cel moet blijven tot de volgende zogeheten proforma-zitting, op 6 juli.