Archief
Signbiblio

Signbiblio

In hoger beroep celstraf voor sjoemelen met coronasteun

Een 28-jarige Naaldwijker die aan het begin van de coronacrisis onterecht 4.000 euro coronasteun opstreek, is in hoger beroep veroordeeld tot twee maanden cel.

De overheid maakte vlak na het uitbreken van de coronacrisis bekend ondernemers financieel te gaan ondersteunen. Deze maatregel had als doelstelling dat ondernemers hun vaste lasten konden doorbetalen. Voornamelijk horecabedrijven en kappers maakten er gebruik van.

Wie in aanmerking wilde komen moest voldoen aan vier eisen: vóór 15 maart 2020 ingeschreven staan bij de Kamer van Koophandel (KvK), een omzetverlies van tenminste 4.000 euro, minimaal evenzoveel vaste lasten en het bedrijf mocht niet ingeschreven staan op het huisadres.

Klusbedrijf

De 28-jarige man voldeed niet aan die voorwaarden. Hij had een klusbedrijf, dat stond ingeschreven op zijn huisadres aan de Tomatenstraat, maar zette dit een dag na het bekend worden van de regeling om in een kapperszaak. Op 8 april deed hij vervolgens met succes een beroep op de regeling Tegemoetkoming Ondernemers Getroffen Sectoren (TOGS).

Het onderzoek naar de Westlander begon met een melding bij de Financial Intelligence Unit (FIU) dat er 4.000 euro was gestort op zijn studentenrekening. Dat bedrag was daarna in zijn geheel opgenomen. Later bleek bij een huisbezoek dat hij geen kappersbedrijf runde. De enige omzet die de man had gedraaid met knippen was 10 euro voor twee klanten. Daarnaast ontving hij ook nog studiefinanciering en 29.000 euro uit zijn klusbedrijf nadat dit was omgezet naar een kapsalon.

"Door zo te handelen heeft de verdachte ten tijde van de coronapandemie op geraffineerde wijze misbruik gemaakt van gemeenschapsgeld dat bedoeld was als noodmaatregel voor gedupeerde ondernemers en heeft hij het vertrouwen dat in het maatschappelijk verkeer moet kunnen worden gesteld dat dergelijke documenten naar waarheid worden ingevuld, op ernstige wijze beschaamd", zegt het gerechtshof.

Celstraf

De verdachte werd twee jaar geleden door de politierechter veroordeeld tot een taakstraf van 180 uur en het terugbetalen van 4.000 euro. De Naaldwijker is hiertegen in hoger beroep gegaan.

Het hof vindt nu dat de taakstraf geen recht doet aan de gepleegde feiten. "Het hof heeft hierbij ook in aanmerking genomen dat de verdachte tot op heden het onterecht verkregen bedrag van 4.000 euro nog niet heeft terugbetaald", zo is te lezen in de uitspraak. "Voorts heeft de verdachte geen enkele verantwoording willen afleggen voor zijn handelen, nu hij zowel in eerste aanleg als in hoger beroep niet ter terechtzitting is verschenen."

Het gerechtshof legt de man daarom een celstraf van 2 maanden op. Ook moet hij de 4.000 euro - vermeerderd met de wettelijke rente - nog steeds terugbetalen.