Archief

Arnoud Rodenburg: Succes door dingen net anders te doen

Nog een paar dagen en dan is Arnoud Rodenburg burgemeester-af. Hij neemt na achttien jaar afscheid van de gemeente Midden-Delfland. Een periode waarin hij resultaat behaalde, door zelf het heft in handen te nemen.

Pas 34 jaar was Rodenburg, toen hij in 2004 werd aangesteld als burgemeester van de nieuwe fusiegemeente. Erg jong voor iemand in die functie. "Alleen ik had er wel dertien jaar bestuurlijk werk op zitten (in deelgemeente Overschie, red.). Dus ik kende de wereld van de politiek wel. Dus ik dacht: dat moet kunnen", zegt de burgemeester. "Je hoeft geen 60+ te zijn om burgemeester te worden. Al was dat wel de realiteit in die tijd."

Rodenburg werd niet gek aangekeken als jonge burgemeester. "En bovendien, Schipluiden had in die tijd al wel de naam van 'jonge burgemeesters'. Mijn voorgangster Marja van Bijsterveldt (was 33 bij haar aantreden in 1994, re.d) was ook heel erg jong en Jan Waaijer (eveneens 33 in 1985, red.) ook. Het was een soort traditie."

Wet aangepast

Een van de dingen waar Rodenburg trots op is, is de status van Bijzonder Provinciaal Landschap die het Midden-Delflandgebied nu heeft. "Dat is iets dat we zelf hebben bedacht, maar die structuur zit nu in de Nederlandse wet verankerd. Zo'n proces om dat voor elkaar te krijgen, dat is innovatief, creatief", kijkt de burgemeester terug. "Wij hebben gedacht: we moeten die wet aanpassen, we gaan zelf een amendement schrijven. Dus dat hebben we ook gedaan."

Een belangrijke les is volgens Rodenburg dan ook: "Je moet andere dingen doen dan je in het verleden geleerd hebt. Nieuwe dingen verzinnen. Dat vind ik gaaf."

Acceptgiro

Een ander voorbeeld daarvan is de aanleg van de A4 tussen Delft en Schiedam. "We hebben er als gemeente veel aan gedaan om te zorgen dat het goed werd ingepast. Daar is ook heel veel geld voor apart gezet." Al kwam dat geld niet vanzelf. Er werd veel gepraat, maar zonder resultaat. Volgens Rodenburg wist op een gegeven moment niemand binnen de overheid meer iets over de gemaakte afspraken. "Toen heb ik gedacht: we sturen een acceptgirokaart van 18 miljoen en dan gaan we kijken wat dat oplevert. Er kwam gelijk een belletje vanuit de financiële afdeling van een van de ministeries. Die vroeg zich af wat dat was. En zo is het dus ook letterlijk gegaan. Het geld is binnengekomen en daar hebben we mooie dingen van kunnen doen."

WOS

Identiteit koesteren

Midden-Delfland werd ook de eerste Nederlandse Cittaslow-gemeente. "Midden-Delfland heeft een dna. Zodra je dat ziet, weet je dat je dat moet koesteren. Maar we dachten: we moeten iets meer ons best doen om die identiteit te koesteren." Internationaal waren er al gemeenten die daar ook mee bezig waren. "Die hadden een clubje opgericht: Cittaslow in Italië. Vier burgemeesters startten daarmee. Die wilden elkaar inspireren om het goede te doen."
Rodenburg: "Toen dachten wij: dat gaan wij ook doen. Dat is iets om bij de les te blijven, kritisch naar jezelf te kijken. Dat is Cittaslow: tijd nemen voor kwaliteit." Inmiddels zijn er internationaal driehonderd Cittaslow-gemeenten en tien in Nederland. Een flinke ontwikkeling sinds Rodenburg in 2007 aanklopte in Italië, zoals hij het zelf zegt.

Buurtveiligbus

"Het is belangrijk dat je als burgemeester op andere paden gaat lopen, want als je de paden van het verleden pakt, kom je nooit op iets nieuws uit", zegt Rodenburg om een nieuw voorbeeld aan te halen. "Er werd jarenlang gemopperd dat burgers geen wijkagenten zagen. Maar die waren er wel, alleen niet zichtbaar." Hij zocht daar een oplossing voor. "In het verleden had je van die grote politiebussen, zodat je de agenten ook letterlijk zag. Dus we gingen een mobiel kantoor maken." Rodenburg zorgde dat er een bus werd gekocht en regelde dat daarin spreekuren werden gemaakt. "Met de wijkagenten, de brandweer en andere mensen die zich met veiligheid bezighouden. Dus we hadden ons veiligheidskantoor op wielen." Dat werd de Buurtveiligbus. "En nu zie je dat die overal in de regio wordt ingezet. Om de wijkagent in contact te laten komen met de bevolking."
"Dit soort dingen vind ik leuk, maar als ik dat van tevoren had moeten aanvragen. Dan was dit nooit gelukt."

Lelijk politiek spel

Even leek het erop dat Rodenburg de achttien jaar als burgemeester niet zou halen. 26 januari 2016 gaat bij hem de geschiedenisboeken in als een zwarte bladzijde. Want hoewel de vertrouwenscommissie de burgemeester unaniem had voorgedragen voor herbenoeming, stemde tweederde van de gemeenteraad toch tegen. "Dat was een heel lelijk politiek spelletje dat gespeeld werd, en dat ook nog eens verkeerd werd uitgevoerd."

De raad wilde namelijk een signaal afgeven aan de burgemeester. Het was eigenlijk de bedoeling dat hij een nipte meerderheid zou halen. Maar doordat de fractieleiders van coalitiepartijen CDA en OGP niet wisten wat hun fractiegenoten zouden stemmen, liep het heel anders. "Het zou een signaal zijn van: luister meer naar ons. Maar niemand heeft me het echte verhaal kunnen vertellen." Na een opstand vanuit de bevolking, kon Rodenburg alsnog blijven. "Er waren 9.000 adhesieverklaringen, ik kreeg uit de hele omgeving heel veel kaarten. Die hebben ervoor gezorgd dat ik nog zes jaar burgemeester ben gebleven."

Geen 'politieke ruimte'

Rodenburg had ervoor kunnen kiezen om door te willen gaan tot 2028. "Maar dan moet de politiek wel die ruimte geven. Die voelde ik niet en die is er ook onvoldoende", zegt hij. Als die er wel was geweest, had het misschien anders gelopen. "Als die vraag er had gelegen en er een klemmend beroep op me was gedaan, dan had ik zeker 'ja' gezegd."

Wat Rodenburg na vrijdag gaat doen, is nog onduidelijk. Hij wil eerst drie maanden letterlijk gaan varen met zijn boot, zijn passie. "Mijn vrouw heeft een bedrijf in het Westland. Daar zal ik ongetwijfeld ook nog wat gaan doen. En voor de rest ga ik het zien." Wat wel duidelijk is, is dat hij in Midden-Delfland blijft wonen.