Mus maakt rentree in woonwijk Wateringen
De mussenpopulatie gaat de laatste dertig jaar hard achteruit. Reden voor Ondine Kloppenburg om de vogels terug te lokken naar haar tuin in Wateringen.
"Vroeger bij mijn ouders thuis hadden we heel veel mussen. Ik wilde ze graag terug", zegt Kloppenburg. In 2018 begon ze met een project om de vogelsoort naar haar tuin aan de rand van Wateringen te halen. "Gewoon, omdat ik dat leuk vond."
Kloppenburg heeft nu dagelijks twee kolonies in haar tuin: een kolonie ringmussen en een kleine kolonie huismussen. De ringmus is te herkennen aan zijn een witte band rondom de nek en een donkere vlek op de wang, en ze lijken iets minder schuw dan de huismus. De kleine vogeltjes delen de bomen en zaadjes met vinken en koolmezen.
"Ik vind de mussen heel gezellig. Ze zitten hier met z'n allen in de naaldboom in de voortuin te kwetteren. De buurtkinderen noemen het de kwetterboom."
Tekst gaat verder onder de video.
In de laatste dertig jaar halveerde het aantal mussen in Nederland. Kloppenburg: "Ze hebben natuurlijk plekken nodig om te eten, te slapen, en zich voort te planten. Nu kunnen ze vaak niet meer onder de dakranden zitten, en als ze niet kunnen nestelen gaan ze weg." Ook door huiskatten zijn ze minder te vinden in woonwijken.
Kloppenburg begon haar mussenproject met onderzoek. Ze kwam in contact met Martin van de Reep, een Haagse mussendeskundige. "Hij kwam langs en adviseerde me om jaarrond te voeren, dus toen heb ik een voedersilo gekocht. Onkruid en witzaad zijn belangrijke voeding voor de huismus. Daar zijn ze op afgekomen."
Het duurde een half jaar voordat de vogels verschenen. Groenlingen waren de eerste, ringmussen kwamen na driekwart jaar. Pas sinds vorige zomer, tweeëneenhalf jaar nadat Kloppenburg begon met voeren, verschenen er huismussen.
Uiteraard heeft Kloppenburg ook meegedaan aan de Nationale Tuinvogeltelling: "Ik heb heel veel mussen geteld, maar ook veel andere vogels. Ik vind het altijd leuk om mee te doen, al is vogeltellen voor mij een dagelijkse bezigheid."