Westland wil structuur in winkelaanbod kernen

In vrijwel elke dorpskern van Westland moet je ook in de toekomst terecht kunnen voor je dagelijkse boodschappen, maar Naaldwijk blijft het enige bovenlokale centrum.

Dit blijkt uit de Detailhandelsvisie Westland 2021-2026 van het college van B en W, die tot stand is gekomen na overleg met marktpartijen, ondernemers, MKB-Westland en winkeliersverenigingen.
De gemeente wil 'levendige en toekomstbestendige winkelkernen met een optimaal functionerende detailhandel en een gezonde balans tussen wonen, groen, economie en voorzieningen rekening houdend met aard en omvang van de betreffende kern', zo is te lezen.

Naaldwijk is dus het 'gemeenteverzorgend centrum' van Westland. Die keuze is volgens het college gebaseerd op het feit dat Naaldwijk veruit het grootste recreatieve winkelaanbod (mode, vrije tijd) heeft. Dat is ongeveer drie keer zo groot als het aanbod in 's-Gravenzande en Wateringen, de andere twee relatief grote centra in Westland. De ondernemersvereniging BIZ 's-Gravenzande had liever een andere positie in de detailhandelsstructuur van het college gezien dan 'lokaal compleet' die het nu met Wateringen deelt. Het 'Breeje Durp' heeft volgens de BIZ meer aantrekkingskracht op de andere kernen dan nu blijkt. Het college voelt echter niets voor een verdere differentiatie. 's-Gravenzande trekt vooral publiek uit Hoek van Holland en Wateringen vanuit Rijswijk en Den Haag, maar 'de toevloeiing van buiten de gemeente in de niet-dagelijkse sector gaat vooral naar Naaldwijk', aldus het college.

Monster en De Lier krijgen het etiket 'lokaal boodschappen' opgespeld. Behalve winkels voor de dagelijkse levensbehoeften is er plek voor een volledig pakket aan speciaalzaken en zelfstandigen in het verlengde van het boodschappen doen. Daarnaast is er - zij het beperkt - ruimte voor horeca en dienstverlening. Poeldijk en Honselersdijk zijn volgens de detailhandelsvisie groot genoeg om een basis boodschappenaanbod in stand te houden. Deze twee dorpen vallen derhalve onder 'lokaal basis'. Kwintsheul en Maasdijk hebben in principe genoeg aan een supermarkt, vandaar 'lokaal supermarkt', maar het college laat wel ruimte voor speciaalzaken voor primaire levensbehoeften.

Geconcentreerd

In de detailhandelsvisie is te lezen dat winkels in de centra van de kernen geconcentreerd moeten zijn. Dus geen nieuwe ontwikkelingen buiten bestaande winkelgebieden, met uitzondering van distributiecentra van internetwinkels. Beperkte detailhandel bij een productiebedrijf of op een zogenoemde trafficlocatie is ook mogelijk. Volumineuze artikelen (bijvoorbeeld bouwmarkten, keuken- en sanitairwinkels) zijn alleen welkom op de woonboulevard in Naaldwijk en het bedrijventerrein Wateringveldsche Polder in Wateringen.

Winkelaanbod moet dus in de centra van de kernen geconcentreerd zijn, het zogenaamde hoofdcircuit. Er wordt hier niet meegewerkt aan het wijzigen van winkelpanden in woningen. De straten met veel detailhandel aansluitend aan het hoofdcircuit worden 'aanloopstraat'. Nieuwe winkels kunnen in deze aanloopstraten terughoudend worden toegestaan. In zogenoemde transformatiegebieden, straten met winkels buiten het centrum, worden nieuwe winkelinitiatieven naar het hoofdcircuit verwezen. Bestaande detailhandel hier wordt aangemoedigd maar niet gedwongen naar het centrum te verhuizen. Voor zowel Heenweg als Ter Heijde geldt dat daar geen sprake is van een winkelstraat, maar incidentele initiatieven voor detailhandel of horeca kunnen individueel worden beoordeeld.

Het college gaat de gemeenteraad nu vragen opdracht te geven tot uitvoering van de detailhandelsvisie. Het is de bedoeling dat daarover in het tweede kwartaal van dit jaar nog gesprekken worden gevoerd. Gemeente, vastgoedeigenaren en ondernemers in Naaldwijk, 's-Gravenzande, Wateringen, De Lier en Monster nemen deel aan dat gesprek. In het derde kwartaal komen dan Honselersdijk, Poeldijk, Maasdijk en Kwintsheul aan bod.