Wachttijd voor doopdiensten in Westland loopt op
"Zullen we eens kijken of ie nog past", zegt Irene van Duijvenbode uit 's-Gravenzande tegen haar dochtertje wijzend naar de doopjurk aan de kast.
"Hij hangt hier al vanaf maart," glimlacht Irene. Eigenlijk zou ze toen al gedoopt worden, maar door corona moesten we wachten." Irene is niet de enige die de doop van haar dochtertje moest uitstellen. In alle Westlandse kerken, werden de doopdiensten afgeblazen. "Sowieso vonden er natuurlijk geen kerkdiensten plaats", benadrukt dominee André Verweij van de hervormde kerk in 's-Gravenzande. "Maar bij dopen moet je ook nog eens heel dichtbij de ouders komen en het kind zelfs aanraken. Dat kon gewoon niet."
Sinds zondag 7 juni mogen die kerkdiensten wél weer plaatsvinden met maximaal 30 personen, maar niet alle Westlandse kerken gaan ook alweer doopdiensten inplannen. "Wij vinden het absoluut nog niet veilig genoeg", laat pastor Max Kwee van de Katholieke federatie Westland weten. "Bij het dopen moet je water over het hoofd van de baby schenken en het kind zalven. Ook bij de ouders die het kind vasthouden, is de anderhalve meter niet te handhaven."
Inhaalslag
Ook bij een aantal protestantse kerken in Westland wordt nog niet aan dopen gedacht. "We zijn eerst de gewone diensten aan het opstarten", vertelt Jan Henzen van de hervormde kerk in Wateringen. Bij de hervormde kerk in 's-Gravenzande worden de eerste voorbereidingen voor doopdiensten wel alweer getroffen. "Als predikant val ik onder de contactberoepen en mag ik - bij uitzondering - mensen aanraken", zegt Verweij.
"Bij de eerste dopen die in juli op de agenda staan, zal ik wel handschoentjes dragen en verder het water over het hoofd van het kind sprenkelen, zonder hem of haar echt aan te raken." Gemiddeld zijn er in de Westlandse kerken zo'n vijf doopkinderen per kwartaal. "Er is een kleine wachtrij bij ons in de kerk ontstaan", aldus André Verweij. "We moeten nu een inhaalslag gaan maken."
"Wij vinden het absoluut nog niet veilig genoeg"
• pastor Max Kwee Op zaterdag
Maar dat is niet eenvoudig. Vooral omdat er nog steeds beperkende maatregelen gelden in de kerken. "Vanaf juli mogen er weer 100 mensen in de kerk komen", vertelt Verweij. "Daarom starten we pas die maand met dopen. Het wordt gezien als een zeer feestelijke gebeurtenis, doopouders willen er veel mensen bij hebben. We hebben bijvoorbeeld een dopeling op de planning staan, van wie de ouders al zestig gasten willen uitnodigen."
Normaal vindt zo'n dienst plaats op zondag tijdens de normale kerkdienst, maar met zestig gasten, is er al bijna geen plek meer voor de gewone kerkgangers. Daarom heeft de kerk besloten - bij hoge uitzondering - de doopdiensten op zaterdag te laten plaatsvinden. "Dan kunnen ouders al hun gasten uitnodigen en kunnen andere kerkgangers de doopdienst via een live-stream volgen."
Nooddoop
In zeer strenge Westlandse kerken wordt het nodeloos uitstellen van de doop echter wel als een ethisch dilemma ervaren. "Bij ons in de kerk is dat niet zo", zegt Verweij. "Ouders denken niet: o nu is het kind niet gedoopt en wat dan als hij of zij straks ziek wordt of er iets anders erg gebeurt. Ouders willen wel heel graag hun dankbaarheid voor hun kind aan God tonen door middel van de doop, en daarom zijn ze ook blij dat wij als kerk weer met de diensten gaan beginnen."
Bij de Katholieke kerken - waar dus nog niet gedoopt wordt - vinden ze het enerzijds niet dopen versus de veiligheid om corona te voorkomen, best een zware afweging. "Maar we hopen dat God ons genadig is en goed voor alle kinderen zorgt, ook als ze niet gedoopt zijn", aldus pastor Max Kwee. Daarnaast kunnen we - in geval van ziekte of ander gevaar - in de Katholieke kerk altijd een 'nooddoop' inzetten, waarbij via het uitspreken van 'de Vader, de Zoon en de Heilige Geest', iedereen de doop kan uitvoeren, die dan later door de kerk erkend wordt.
Verkort
Charlotte uit 's-Gravenzande mag in elk geval 11 juli alvast haar doopjurk aantrekken. "Het wordt een verkorte doopdienst van een half uur, er mag nog niet gezongen worden, maar wel al onze dierbaren kunnen erbij zijn", vertelt moeder Irene. Ze kan zelf niet wachten. 'Ik vind het zoiets bijzonders, ik kijk er ontzettend naar uit."