Archief

Tuinders willen een regionaal warmtesysteem

De Westlandse tuinders vinden dat er een regionaal warmtesysteem (WSW) moet komen. Door het aan elkaar koppelen van lokale warmtebronnen kan de Westlandse glastuinbouw ruim 650 miljoen kuub aardgas per jaar besparen. Dat is vergelijkbaar met het jaarlijkse gasverbruik van een grote Nederlandse stad. Naast lokale warmte is echter ook havenwarmte nodig om de kassen en de gebouwen in Westland en Midden-Delfland van warmte te voorzien.

LTO Glaskracht Nederland heeft donderdag een haalbaarheidsonderzoek naar WSW aangeboden aan wethouders van Westland en Midden-Delfland. Daaruit blijkt dat het warmtesysteem het best stapsgewijs kan worden ontwikkeld. Voor het totale netwerk is een investering van 360 tot 650 miljoen euro nodig.

Het noodzakelijke bedrag wordt bepaald door de reikwijdte van het systeem (aantal aansluitingen) en de diameter van de hoofdleiding. Een grotere hoofdleiding is nodig om op termijn aan meer bedrijven en huishoudens warmte te leveren. Maar dit is bij de aanleg lastiger te financieren, omdat er dan nog geen zekerheid is over de benutting van de extra capaciteit. De regio doet hiervoor een beroep op ondersteuning van de overheid.

De telers benadrukken dat een WSW een must is voor de Westlandse glastuinbouw, maar pas kans van slagen heeft bij voldoende externe CO2-voorzieningen. Nu halen de telers immers een groot deel van de noodzakelijke CO2 uit hun ketels en WKK-installaties, die op gas draaien.

De Westlandse wethouder Varekamp liet bij de overhandiging van het onderzoek weten blij te zijn met de opzet van WSW, waarin meerdere partijen samenwerken en stappen worden gezet naar een aardgasvrij Westland. "Als gemeente gaan we nu samen met de initiatiefnemers aan de slag om te zorgen dat het warmtesysteem ook wordt gerealiseerd."