'Gevaar eenmalige blootstelling asbest wordt overdreven'

Er bestaat in Nederland al jarenlang een asbestpsychose en het blijkt lastig die te beteugelen. Dat zegt Menno van Duin, lector aan het Instituut Fysieke Veiligheid (IFV), een onafhankelijk adviesorgaan van de veiligheidsregio's. "Er sterven zeer weinig mensen aan eenmalige blootstelling aan asbest, maar er zijn veel partijen die baat hebben bij de angst ervoor."

Omroep West schrijft dit op basis van de blog van Van Duin op de website van het IVF. Hij reageert op de hernieuwde ophef rond de brand in een loods in Wateringen, een jaar geleden. Een rapport, geschreven in opdracht van de provincie, stelt dat de gemeente Westland niet genoeg heeft gedaan om het asbest dat vrij kwam bij de brand op te ruimen.

Van Duin wijst er op dat de schrijver van het rapport, Yvonne Waterman, een samenwerkingsrelatie heeft met het bedrijf Oesterbaai. Dat is het bedrijf dat in april vorig jaar door een aantal mensen in Wateringen werd ingehuurd om een contra-expertise te doen naar het asbest in de omgeving van de brand. "De provincie had zich moeten afvragen of het wel zo verstandig was deze mevrouw het rapport te laten opstellen," aldus de lector.

De vraag of de gemeente Westland meer had moeten doen wil Van Duin niet beantwoorden, maar hij zegt wel: "Er komt een moment dat je je moet afvragen hoe lang je blijft doorgaan met schoonmaken. De schoonmaak kost veel geld, en dat geld geef je uit aan angst. Dan kan je het niet meer uitgeven aan het zwembad of de muziekschool."

Volgens Van Duin spinnen bedrijven, juristen en politici garen bij het in stand houden van de angst. "Het is het verdedigen van hun handel. Als mensen weten dat het wel meevalt verdienen de betrokkenen er niks meer aan." Hij pleit er dan ook voor dat de rijksoverheid een potje creëert waar gemeenten een beroep op kunnen doen na een grote schoonmaakoperatie.