Streekhistorie: Een verdeelstation van de elektriciteit in Maassluis
Bovenaan de Wedde in Maassluis staat een huis dat in verregaande staat van verval verkeert. Het staat al jaren leeg en ontbeert al bijna 10 jaar elke vorm van onderhoud. Er zijn hekken omheen gezet om te voorkomen dat voetgangers getroffen worden door afbrokkelend muur- of dakwerk. De gemeente onderzoekt de mogelijkheid tot sloop, de Historische Vereniging Maassluis betreurt dat.
Waarom staat het pand daar en wat is er zo bijzonder aan?
In de tweede helft van de 19e eeuw werden tal van 'uitvindingen' gedaan die het leven van de 'gewone man' belangrijk veraangenaamden. In amper een halve eeuw kregen de inwoners van Maassluis opeens in hun eigen huis de beschikking over een rioolafvoer, een waterleiding met drinkwater, een gasleiding en een elektriciteitsleiding. Denk je de ongekende luxe eens in en de snelle veranderingen die dat met zich meebracht.
Stadsgas
De eerste moderne nutsvoorziening in Maassluis was 'stadsgas'. In 1866 werd de gasfabriek aan het Wijde Slop, thans Havenstraat, gebouwd. Aanvankelijk diende het gas voor straatverlichting en via nieuw aangelegde gasleidingen ook voor particuliere verlichting. De tijd van de kaars en olielamp was voorbij. Men had een leiding in huis waardoor altijd gas stroomde en men behoefde maar een gaslamp aan het einde te bevestigen die met een vlammetje erbij altijd functioneerde.
Waterleiding
In 1890 bouwde de Maassluise Waterleiding Maatschappij de watertoren en legde een distributieleidingnet aan om elke woning van zuiver drinkwater te voorzien. Ruw water werd betrokken uit de rivier die op gezette tijden nog zoet was. In 1922 nam de gemeente de watervoorziening over en voerde belangrijke verbeteringen door. In 1934 veroorzaakte verdieping van Het Scheur bij weinig Rijnwater (bovenwater) een sterk oplopend zoutgehalte van het drinkwater. In 1935 werd het motortankschip 'Maeslantsluys' in de vaart gebracht, waarmee ruw water van hoger op de rivier gelegen plaatsen werd opgehaald.
Riolering
Het derde leidingennet dat naar alle woonhuizen moest leiden was de riolering. Natuurlijk was de noodzaak voor een handige waterafvoer gestegen na de aanleg van de waterleiding. Maar in 1910 werd er nog een arbeiderswijk gebouwd (achter de Van der Horststraat) met open riolen. Met het aanleggen van riolering was hier en daar al een begin gemaakt. In 1915 kwam de rioolbemaling aan de Jokweg in bedrijf.
Elektriciteitsvoorziening
En toen kwam de elektriciteitsdistributie. In mei 1914 sloot Maassluis de eerste stroomleveringsovereenkomst met Delft. Deze overeenkomst spreekt over de bouw van een transformatorhuisje op een door Maassluis te bepalen plaats. Maassluis besloot het te plaatsen aan de oostzijde naast het pand Noorddijk 51 bovenaan de Wedde. Het pand zelf was rond 1900 gebouwd als bedrijfswoning van de gemeente.
De stroom van de gemeente Delft kwam Maassluis binnen vanaf de hoogspanningskabels langs 'De Wegt' (Noordvliet). De elektriciteit werd getransporteerd langs de Noordvliet, Goudsteen en Wagenstraat naar het transformatorhuisje boven aan de Wedde op de Noorddijk. Via het transformatorhuisje werd de elektriciteit verdeeld over de wijken. Uit het jaarverslag 1924 van de gemeentebedrijven blijkt dat in de binnenstad stroomlevering plaatsvond door middel van een ondergronds kabelnet en in de buitengebieden (Het Hoofd, Zuiddijk, Jokweg, Noorddijk) via een bovengronds kabelnet. Daartoe kwamen ook in zuilen ondergebrachte schakelkasten op strategische plaatsen. Er stond er een op het Havenplein naast de Kippenbrug en aan het begin van de Jokweg naast de trappen naar de Zuiddijk. Deze zuilen zijn allang verdwenen. Maar de ruimte van de ronde zuil bij de Jokweg is nog steeds zichtbaar. Hij is uitgespaard in het talud van de dijk bij de trap aan het einde van de Nieuwstraat.
De komst van elektriciteit was er mede oorzaak van dat gas voor verlichting terrein verloor, maar een nieuwe toepassing kreeg als energie om te koken. Dit werd aangemoedigd op de zuilen met de leuze: 'Kookt op Gas, Verlicht met Elektriciteit'.
Het huis boven aan de Wedde
Het verdeelstation aan de Noorddijk is in gebruik geweest tot 4 december 1958. De eerste etage en de zolderverdieping dienden als woonhuis voor de bedrijfsleider en zijn gezin. Mevr. Rie van de Hidde-Verhoef woonde van eind jaren 30 tot begin jaren 50 (tot haar huwelijk) met haar ouders in de gemeentelijk bedrijfswoning. Haar vader hield toezicht op de aanleg van de elektriciteitsleidingen in heel Maassluis en vooral na de oorlog was er veel werk door de aanleg van de nieuwe stadswijken. Het elektriciteitshuisje naast het huis was vanuit het huis bereikbaar, maar streng verboden toegang, levensgevaarlijk voor kinderen. Achter de tussendeur naar zat trouwens nog een hek.
De linkerdeur in de gevel leidde naar het woonhuis boven, de rechterdeur gaf toegang tot het kantoor achter de werkplaats. De garagedeuren waren voor de werkplaats. Ook op Geerniveau was nog kantoor- en werkruimte. In de deur van het kantoor zat een loket, hier vond in de oorlog voedseluitdeling plaats.
Toen werd de nieuwe hoogspanningsruimte aan de Rozenlaan in gebruik genomen. Daarna is het gebouw nog wel in gebruik gebleven als transformatorstation. Bij de ingebruikname van het nieuwe kantoorgebouw van gemeentebedrijven in 1971 werd het pand Noorddijk 51 ontruimd als werkplaats en opslagruimte, hoewel het transformatorstation ook toen nog in gebruik bleef. In 1975 verkocht de gemeente het pand aan een particulier. De beschrijving die het pand in 1975 vergezelde luidt als volgt.
'Het pand bestaat uit een begane grond, verdieping en dakverdieping onder een zadeldak haaks op de dijk. Het dak eindigt aan de achterzijde in een schilddak. De voorgevel is een puntgevel ter breedte van vier vensterassen. Het pand heeft drie entrees in de voorgevel; twee deuren en een garagedeur die oorspronkelijk uit twee openslaande deuren bestond. Deze zijn in dezelfde stijl uitgevoerd als de twee andere toegangsdeuren. De puntgevel is afgewerkt met vlechtingen (driehoekige invoegingen van metselwerk loodrecht op het beloop van het hellende vlak van de daklijn, ter versteviging van de gevel, red.). Aan de achterzijde is een extra bouwlaag door de dijkbebouwing.
De hardstenen lateien (draagbalken, red.) en aanzetstukken (verlengstukken, red.) boven de vensters en entrees geven het pand extra aanzien. Karakteristieke een- en vierruits schuifvensters met zes?, acht- en vijftienruits bovenlichten maken het pand bijzonder. Voorts trekken de natuurstenen daklijst en de houten bakgoot gesteund door gootklossen de aandacht.'
Historische waarde
Het inventarisatieproject van de gemeentelijke monumenten noemt het pand: 'Vrij gaaf, karakteristiek voor periode en situering'. In de beoordeling die de Commissie Beschermd Stadsgezicht in een later stadium opstelde werden 13 punten toegekend. Dat is niet genoeg om in aanmerking te komen voor de status van gemeentelijk monument, het is op de grens. Bij het toekennen van de punten was de staat van onderhoud ook van belang en omdat het pand tijdens het opstellen van het rapport reeds in een vervallen toestand verkeerde viel de beoordeling lager uit.
De Historische Vereniging Maassluis is nog steeds van mening dat op deze wijze van toekenning valt af te dingen. Immers de historische waarde van een object wordt beïnvloed door de conditie van het object. Condities kunnen worden verbeterd. Bovendien heeft dit pand door zijn geschiedenis, functie en achtergrond additionele historische waarde. Zowel het huis als het oorspronkelijke transformatorhuisje hebben hetzelfde uiterlijk. Dat zien we vooral in de hardstenen lateien boven de vensters die op aanzetstukken rusten, een bijzonder en opvallend detail. De overeenkomst is verwonderlijk, omdat het huis uit omstreeks 1900 dateert en het aangebouwde transformatorhuisje uit 1914. Blijkbaar vond men de uitstraling van het geheel belangrijk genoeg om de bestaande architectonische details over te nemen.
Uniek
Als eerste en enige elektriciteitsverdeelstation van Maassluis is het pand uniek en vertelt een stukje van de geschiedenis van de stad. Ook dat het op een zeer markant punt staat, namelijk boven aan de Wedde, is iets wat in de beoordeling niet tot uiting is gebracht. Op de foto uit de jaren '70 is duidelijk de uitstraling van het pand te zien, een uitstraling die nog aanwezig is, maar nu onder vuil en verval schuilgaat.
Gezien de geschiedenis van het pand is de HVM van mening dat het voor de toekomst behouden zou moeten blijven, temeer omdat het een stukje uniek industrieel erfgoed van Maassluis is.
Historische Vereniging Maassluis, www.histvermaassluis.nl