Arends over grote inzet politie en ME bij intocht De Lier: 'Hoogst noodzakelijk'

Burgemeester Bouke Arends van Westland staat vierkant achter de inzet van politie en ME tijdens de intocht van Sinterklaas in De Lier. "Het verloop van de tegenactie laat zien dat die hoogst noodzakelijk was."

Dit schrijft hij in reactie op vragen van de LPF-fractie. Die was benieuwd op basis van welke signalen besloten werd 'zo'n grote hoeveelheid' politie en Mobiele Eenheid in te zetten. Ook wilde de fractie weten of daarbij ook was bepaald in welke mate geweld gebruikt mocht worden tegen de tegendemonstranten.

Kick Out Zwarte Piet

Al voor de daadwerkelijke intocht op 18 november was duidelijk dat er gedemonstreerd zou worden. De organisatie Kick Out Zwarte Piet (KOZP) was het er namelijk niet mee eens dat in De Lier een deel van de Pieten volledig zwart geschminkt zou zijn. In reactie op die demonstratie werd ook een tegendemonstratie aangekondigd. Aanvankelijk leek die te komen van de Boeren- en Tuindersbeweging Westland, maar de voorzitter daarvan liet weten daar niets mee te maken te hebben. "Wel gaf hij aan te weten wie de personen waren die hiermee te maken hadden en bood hij aan richting hen het verzoek van de gemeente over te brengen de actie te heroverwegen. Dat heeft geen effect gehad", schrijft de burgemeester.

Ondanks diverse pogingen kon de gemeente niet in contact komen met de tegendemonstranten. Dat betekent dus ook dat er geen afspraken met hen konden worden gemaakt. "Gelet op informatie verkregen via social media, moest rekening worden gehouden met ernstige wanordelijkheden, mogelijk mede ondersteund door personen vanuit de tegenactie die vaker in verband kunnen worden gebracht met onregelmatigheden bij dergelijke demonstraties."

'Veiligheid voorop'

Arends meldt dat de veiligheid van publiek, deelnemers aan de intocht, omgeving en demonstranten vooropstond. "De hoeveelheid personeel die is ingezet, is gebaseerd op een inschatting die de politie heeft gemaakt op basis van signalen en het feitelijk verloop van de dag. "Bij het politieoptreden is geen onderscheid gemaakt tussen de demonstranten van KOZP en individuen die hiertegen in actie kwamen. Het verloop van de tegenactie (auto's met slagwapens, de inzet van giertanks, het gooien van eieren, tomaten en vuurwerk en het voornemen van tegenstanders om de demonstratie van KOZP af te schermen met hoge hekken) laat zien dat de geplande en daadwerkelijke inzet hoogst noodzakelijk was."

"Ik ben de politie uitermate erkentelijk voor haar inzet, die in het algemeen op uiterst beheerste manier heeft plaatsgevonden. Mede door de inzet van de politie heeft de intocht veilig kunnen plaatsvinden en heeft ook het grondwettelijke recht op demonstreren zijn beslag kunnen hebben voor KOZP", besluit de burgemeester.

Amnesty haalt uit

Bij de intocht waren waarnemers van Amnesty International aanwezig. De mensenrechtenorganisatie haalde enkele dagen later al hard uit naar de gemeente Westland. Amnesty vindt dat de autoriteiten de hoeveelheid "vijandige publiek en het geweld" hebben onderschat. "Ook al was er al een flinke politie-inzet, deze bleek onvoldoende om het vijandig publiek in bedwang te houden." Verder is KOZP volgens Amnesty "slachtoffer geworden van bedreiging en geweld en is hun demonstratierecht ernstig in het gedrang gekomen".

"Dat de burgemeester zelfs achteraf niet ziet dat er in zijn gemeente geen voor- en tegenstanders tegenover elkaar stonden, wijst op een tekort aan kennis en mogelijk zelfs onwil om het demonstratierecht goed te waarborgen", aldus de mensenrechtenorganisatie.

Negen aanhoudingen

Rond de intocht in De Lier zijn negen mensen aangehouden, van wie vier voor het vernielen van een politiecamera. Zij zijn er na een 'stevig gesprek' met de officier van justitie met een boete van 500 euro van afgekomen.

De overige vijf zijn opgepakt tijdens de intocht zelf. Drie van hen bleken onterecht aangehouden. Een vierde persoon heeft een geldboete gekregen en de laatste verdachte, iemand die de ME heeft bekogeld, wacht nog op een vervolging.