Gedicht van de Week #51
een straat in Wateringen
door Nico van de Wetering
laatst, op een best welzonnige zondag was ik terug
in de straat waar ik speelde
toen het kind binnen mij
nog vrij zijn gang kon gaan
de huizen hebben nog steeds
dezelfde nummering als toen
maar de cijfers prijken nu
op muren van strak gemetselde
nieuwe bakstenen
de rijen prunus serrulata
zijn verdwenen, nu wolkt er
straks in het voorjaar niet langer
een roze furie door het
hemelblauw
de tuintjes zijn betegeld
precies zoals slecht aangeveegde
paradeplaatsjes
daar staan
als statige gardesoldaten
kliko's in het gelid, op wacht
voor pastel geverfde voordeuren
langs de stoeprand glimt
in de zon een rij goed gepoetste
knappe auto's
geen ballen meer in de tuin
van de buren
geen doffe knallen meer
in de poortjes, van de maggiblikjes
met carbid, elke oudjaar
geen agent de Wit meer
niet meer vluchten als zijn fiets
verscheen aan het begin
van de straat
op mijn geboorteplek
zijn de bomen neergehaald
is mijn jeugd verwaaid