Delta Fiber gaat in hoger beroep tegen uitspraak rechtbank
Delta Fiber gaat in hoger beroep tegen de uitspraak die op 23 november is gedaan door de rechtbank Rotterdam.
De rechter besloot op die dag dat tientallen bewoners van het buitengebied van Westland en Midden-Delfland binnen twee jaar alsnog een glasvezelverbinding moesten krijgen. Delta Fiber reageert als volgt:
"Delta Fiber gaat in hoger beroep tegen de uitspraak in de zaak Westland die op 23 november is gedaan door de rechtbank Rotterdam. Tijdens die rechtszaak heeft de rechter geoordeeld dat Delta Fiber gehouden is om de overeenkomst met eisers voor de aanleg van glasvezel na te komen. Het hoger beroep wordt ingesteld omdat Delta Fiber vindt dat de positie en belangen van het bedrijf onvoldoende zijn meegenomen in de beslissing van de rechter. Delta Fiber is van mening dat er geen algemene verplichting bestaat om bewoners op een glasvezelnetwerk aan te sluiten. En dat ieder gebied zijn eigen dynamiek en specifieke omstandigheden kent, waardoor de aanpak en besluitvorming per regio flink kan verschillen."
Nakomen van contracten
De rechter veroordeelde Delta Fiber op 23 november tot het nakomen van de gemaakte contracten. Iedereen die een overeenkomst had voor glasvezel, moet zo'n verbinding krijgen. Bewoners die geen contract hadden afgesloten, hoeven echter niet te worden aangesloten. Het bedrijf krijgt 24 maanden om het glasvezel aan te leggen. Zo heeft het voldoende voorbereidingstijd en mogelijkheden om voldoende personeel ter beschikking te krijgen, aldus de rechtbank.