Bezwaar gemeenteraad Westland tegen islamitische basisschool afgewezen
De gemeenteraad van Westland heeft bij de Raad van State geen steun gevonden in zijn verzet tegen de voorgenomen komst van een islamitische basisschool in Westland. Dat blijkt uit de uitspraak die de bestuursrechter woensdagochtend heeft gedaan. "De minister heeft zich aan de juiste wettelijke regels gehouden", staat in die uitspraak.
Bij een zitting van de Raad van State hebben vertegenwoordigers van de Westlandse gemeenteraad begin december gesteld dat de raad onterecht gepasseerd door minister Slob van Onderwijs. De minister volgde in maart vorig jaar de uitspraak van de Raad van State en maakte daarmee de weg vrij voor de komst van islamitische basisschool Yunus Emre in Westland.
Een meerderheid van de Westlandse gemeenteraad vindt dat zij voor een voldongen feit is geplaatst, omdat ze nooit partij is geweest in de eerdere zaken over de basisschool bij de Raad van State. Daarom vocht ze de zaak aan en stapte ze zelf naar de Raad van State. Westland Verstandig, Gemeentebelang Westland en LPF Westland willen niet dat er een islamitische basisschool komt.
Eerder besloot de Raad van State dat de school voldoet aan alle vereisten van de wet. Volgens algemeen directeur Abdelkader Maas van Yunus Emre voert de gemeenteraad een achterhoedegevecht. "We hebben hier een rechtsstaat. Inhoudelijk is hier laatste woord al eerder over gezegd. Onze school moet er komen".
De vrijheid van onderwijs is opgenomen in de Grondwet met als enige voorwaarde dat een nieuwe school binnen vijf jaar voldoende leerlingen heeft. Als dat zo is, dan moet een gemeente die school huisvesting bieden. Maar een meerderheid van de gemeenteraad van Westland blijft dat weigeren: de drie lokale partijen vinden dat een islamitische basisschool geen bestaansrecht heeft in Westland.