Maassluis gaat door met 'duurzame' bestrijding van ratten
De gemeente Maassluis gaat door met het op duurzame wijze bestrijden van ratten in de stad. Dat is de uitkomst van een proef die sinds februari liep en een half jaar zou duren. De resultaten van de nieuwe werkwijze zijn positief: "de populatie gelijk gebleven en mogelijk zelfs iets afgenomen", laat een woordvoerster van de gemeente desgevraagd weten aan WOS Media.
Het college van B en W liet begin dit jaar nog weten dat de rattenpopulatie was toegenomen. "Een van de oorzaken is dat sinds 1 januari 2017 in de buitenruimte geen rodenticiden (muizen- en rattengif) meer gebruikt mogen worden", liet wethouder Voskamp destijds weten in reactie op CDA-vragen. Vooral uit de omgeving van het Oleanderpark, de Vincent van Goghlaan, de Zaneveldstraat en de wijk Het Balkon kwamen veel meldingen binnen.
Toch lijken er nieuwe problemen in aantocht. Diverse media berichtten vorige week dat Nederland zich moet gaan opmaken voor een ongekende ratten- en muizenplaag. Mensen zouden lakser worden met vuilnis en vanaf 2023 wordt het particulier gebruik van chemisch gif door de overheid verboden. Een ongediertebestrijder uit deze regio bevestigt desgevraagd dat beeld.
Die berichtgeving is voor de fractie Maassluis Belang reden voor nieuwe vragen. De partij wil graag weten of het college een totaalbeeld heeft van de mogelijke problemen in de stad en of het college een strategie heeft om de overlast aan te pakken.
De nieuwe aanpak, waarbij de knaagdieren op 'humane en duurzame wijze' worden gevangen is daar in elk geval een voorbeeld van. "Er zijn echter ook altijd oorzaken van belang waar wij geen invloed op hebben", meldt de woordvoerster. "Met name strenge winters, waarin de plaagdieren in winterslaap gaan en niet voor nakomelingen zorgen, helpen ons in de bestrijding van de plaagdieren. Daarentegen zorgt het overvloedig voeren van bijvoorbeeld vogels en eenden weer voor een toename van het aantal ratten."
De gemeente roept inwoners op eventuele overlast te melden. "Deze meldingen, in aanvulling op onze eigen monitoring, zorgen voor een goed beeld van de huidige populatie en de locaties waar deze plaagdieren mogelijk voor overlast zorgen." Sinds de start van de proef kreeg Maassluis twintig meldingen, al gaat een deel daarvan over dezelfde locaties.