Geen straf voor doden Maassluizer (82), verdachte verkeerde in psychose
Adam W. krijgt geen straf voor het doden van de 82-jarige Leen uit Maassluis. De 47-jarige man handelde volgens de rechtbank tijdens de steekpartij van 18 januari vorig jaar vanuit een tijdelijke psychose.
Leen, die op dat moment een wandeling maakte in Rotterdam-Overschie, werd uit het niets aangevallen met een mes. De Maassluizer werd meerdere keren in het bovenbeen gestoken en overleed drie dagen later in het ziekenhuis. Kort na de aanval bedreigde W. ook nog een vuilnisophaler met het mes.
Psychose
Uitgebreid onderzoek door onder meer het Pieter Baan Centrum wees uit dat W. leed aan niet-aangeboren hersenletsel en een ernstige stoornis in het gebruik van alcohol. Rond het moment van het incident kampte hij met slaapgebrek, ondervoeding en verbleef hij in de kou op straat. Volgens de rechtbank leidde dit tot een psychose, waardoor zijn gedrag volledig werd aangestuurd.
Dat blijkt ook uit de verklaring van de man zelf en meldingen over zijn gedrag in de dagen voor het incident. W. zei dat hij gezichten zag die er niet waren en dacht dat mensen hem iets wilden aandoen. Drie dagen voor de steekpartij zakte hij op straat in elkaar tijdens een epileptische aanval, vermoedelijk veroorzaakt door het plotseling stoppen met drinken van alcohol. Hij werd kort opgenomen in het ziekenhuis, maar sliep daarna dagenlang buiten en at nauwelijks.
Op de dag van de steekpartij probeerde hij in auto's van vreemden te stappen en sprak hij in het Pools tegen voorbijgangers. Volgens de rechtbank past dit gedrag bij een psychose, mede gezien de medische en gedragskundige bevindingen. Na de steekpartij liep W. rustig weg, alsof er niets was gebeurd.
Lees meer: Twaalf jaar cel geëist voor fatale steekpartij op Leen (82)
Geen straf
Hoewel de rechtbank doodslag en bedreiging bewezen acht, stelt zij dat de verdachte volledig handelde onder invloed van een psychische stoornis. Daardoor kunnen de feiten hem niet worden toegerekend en volgt ontslag van rechtsvervolging. Er is ook geen strafrechtelijke behandeling opgelegd, omdat de psychose tijdelijk leek en in stabiele omstandigheden verdween.
De rechtbank zegt zich te realiseren dat dit oordeel zwaar kan vallen bij de nabestaanden. Maar, zo stelt het vonnis: "Gegeven de vaststelling dat de feiten de verdachte niet kunnen worden toegerekend, is geen andere conclusie mogelijk."