Begroting Midden-Delfland door meerderheid aangenomen
Een meerderheid van de gemeenteraad van Midden-Delfland heeft dinsdagavond ingestemd met de begroting voor de jaren 2020-2023. Alleen D66 stemde tegen, omdat het niet kan overzien wat de voorgenomen bezuinigingen betekenen voor de gemeenschap.
De gemeente staat de komende jaren voor een forse bezuinigingsopgave. Vanwege een grote kostenstijging door de toename van zorgtaken, landelijke loonafspraken, de Omgevingswet en achterblijvende inkomsten van het Rijk, kampt de gemeente met een tekort van 2,2 miljoen euro.
Dat tekort wordt opgelost door bezuinigingen op diverse vlakken. Zo gaat het budget voor culturele subsidies met 20.000 euro omlaag en worden maatregelen genomen om 50.000 euro (per 2021) te besparen op subsidie voor de bibliotheek. Door bij de aanbesteding voor onderhoud van openbaar groen het kwaliteitsniveau aan te passen en de inrichting van openbaar groen sober uit te voeren kan een bezuiniging van 142.000 euro worden behaald. Verder zal op ouderenwerk vanaf 2021 zo'n 80.000 euro worden bespaard.
Alle maatregelen bij elkaar leveren voor 2020 een besparing van 1,6 miljoen euro op. Het resterende bedrag van 5,5 ton wordt eenmalig uit de algemene reserve gehaald, waardoor baten en lasten in evenwicht komen. In de jaren daarna wordt een positief resultaat op de begroting verwacht.
De PvdA en ChristenUnie stemden met tegenzin in. Ellen Snethlage (PvdA) gaf in haar stemverklaring aan nieuwe problemen te verwachten, omdat wethouder Horlings eerder op de avond meedeelde dat de gemeente een nieuwe tegenvaller van 1 miljoen euro te verwerken heeft gekregen. Die zal mogelijk ook nog doorwerken in latere jaren.
Roy Ringeling (ChristenUnie) stemde vóór, ondanks zijn bezwaar op de bezuiniging op de Stichting Welzijn Midden-Delfland.