Archief

Streekhistorie: Villa Elzenhagen in Poeldijk

Begin dit jaar was geheel onverwacht in het nieuws dat het bekende motel-restaurant Elzenhagen zijn deuren wegens faillissement gesloten had. Inmiddels heeft zich echter een nieuwe exploitant gemeld en zal over enige tijd het karakteristieke pand na een grondige opknapbeurt zijn deuren weer openen.

Elzenhage is te vinden tussen Monster en Poeldijk aan de rechterkant van de Monsterseweg even voorbij het Stenen Heultje. Jarenlang heeft de familie Damen de scepter gezwaaid in dit etablissement. Elzenhagen was voor vele Westlanders en ook voor bezoekers van buiten de regio een begrip, niet alleen vanwege de goede keuken, maar ook vanwege de bruiloften en partijen die er gehouden werden en waar menigeen wel eens acte de présence gegeven heeft.

Villa Elzenhagen is in het begin van de vorige eeuw gebouwd als woonhuis voor de familie Van Schouwen. Van Schouwen was een kapitaalkrachtige notariszoon, afkomstig van Goeree-Overflakkee. Hij had aan de Monsterseweg drie hectare land gekocht, vestigde daar een tuindersbedrijf en betrok er met zijn gezin het nieuw gebouwde woonhuis.

De witgepleisterde villa met zijn karakteristieke rood, groen en wit geschilderde luiken dankt zijn naam aan de elzen die achter het bedrijf over de volle lengte langs de sloot waren geplant. De twee huisjes naast Elzenhagen behoorden ook tot het complex. Daar woonden de arbeiders die bij Van Schouwen werkten en die eveneens afkomstig waren van Goeree-Overflakkee. Aan de rechterkant van de villa staat nog steeds het oorspronkelijke houten koetshuis. Achter Elzenhagen is in de jaren tachtig een motel met twaalf kamers gebouwd. Volgens een in 1994 gepubliceerde inventarisatie van panden in de gemeente Monster die bijzondere aandacht of bescherming verdienen, is villa Elzenhagen aangeduid als monumentwaardig.

Op het landgoed stonden kassen, waar druiven werden geteeld, en er was een enorme boomgaard. Later werden er voornamelijk aronskelken en groen geteeld. Achter op het bedrijf lag een tennisbaan, waar ook vrienden en kennissen van de familie Van Schouwen graag gebruik van maakten. Zo was de Poeldijkse huisarts dokter Weitjens met zijn gezin regelmatig te vinden op de tennisbaan achter Elzenhagen.

Mensen van buiten het Westland die, aangetrokken door de goede prijzen voor de tuinbouwproducten in die tijd, hier het tuindersvak kwamen leren en vervolgens een tuin begonnen, werden ook wel veldstudenten genoemd. Ze waren vaak van goede komaf en werden zonodig door hun ouders financieel in het zadel geholpen als ze een bedrijf wilden stichten. Een aantal van hen had het tuindersvak snel in de vingers en slaagde er in het hoofd boven water te houden, ook toen het in de jaren dertig als gevolg van de economische crisis veel minder goed ging in het Westland. Hun nageslacht is soms nog steeds tuinder in deze regio of elders. Veel van deze mensen hebben het echter niet kunnen redden. Zij zagen zich op den duur gedwongen hun vaak groot opgezette tuinbouwbedrijf van de hand te doen. Ook het bedrijf van Van Schouwen floreerde op den duur niet. Omdat hij geen tuinbouwachtergrond had, was hij voor het runnen van zijn bedrijf sterk afhankelijk van zijn personeel. Verder hield het gezin met hun twee kinderen er een luxueuze levensstijl op na. Zo was er huishoudelijk personeel voor dag en nacht, beschikte de familie over een auto met chauffeur en gingen de kinderen elders naar school. In de crisisjaren en daarna ging het in financieel opzicht echter bergafwaarts met het bedrijf.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn er officieren van het Duitse leger in Elzenhagen gelegerd geweest. De soldaten waren in de omgeving ondergebracht bij particulieren. Ze zaten ook in de christelijke lagere school die daar in de buurt stond. Vlak na de oorlog was de Engelse commandant van Hoek van Holland in Elzenhagen ondergebracht. Na de Tweede Wereldoorlog overleed de heer Van Schouwen in betrekkelijk verarmde omstandigheden en is de sterk verwaarloosde villa verkocht aan Wout van Antwerpen. De tuin werd aangekocht door Henk van de Knaap. Het achterste deel van de tuin is vervolgens in handen gekomen van de familie Zuidgeest. In de jaren zestig heeft de familie Damen de villa gekocht en is die gaan exploiteren als hotel-restaurant.