GBW zet vraagtekens bij extra uitvaartkosten
Een begrafenis op een gemeentelijke vrije dag zou niet mogen betekenen, dat de nabestaanden met een forse extra kostenpost worden geconfronteerd. Dat is de strekking van schriftelijke vragen die door de fractie van GemeenteBelang Westland zijn gesteld naar aanleiding van een kwestie die zich in de week voor Pasen heeft afgespeeld.
Omdat er voor de beoogde uitvaart op paaszaterdag geen gelegenheid meer was, koos de familie voor vervroeging naar de vrijdagochtend. De betrokken begrafenisondernemer kreeg op de dag na de bevestiging de mededeling, dat het begraven op die vrijdag (Goede Vrijdag) gepaard zou gaan met een toeslag van 653 euro. Motief: het is bij de gemeente een vrije dag.
GBW heeft er begrip voor, dat diensten van de gemeente kostendekkend moeten zijn. "Daar is echter door de gemeenteraad duidelijk bij aangegeven, dat daar één uitzondering op is, en dat zijn de kosten met betrekking tot begraven. Wij kunnen ons niet voorstellen, dat de extra lasten voor begraven op een gemeentelijk verplichte vrije dag 653 euro extra moet kosten", aldus GBW.
Verder heeft de fractie begrepen dat er sinds een geruime periode een toeslag van 98 euro in rekening wordt gebracht. Deze kosten moeten betaald worden voor 'de voorloper'. Dit is de persoon die de stoet begeleidt naar het graf. Volgens GBW een kostenpost die ongebruikelijk kan worden genoemd voor een begraafplaats.
"Het lijkt er op of dit soort toeslagen worden ingevoerd om het gat tussen kosten en opbrengsten deels te dichten. De genoemde kosten zijn in onze regio dan ook uniek", stelt de fractie.
Mede daarom verlangt GBW van het college van B en W een overzicht van alle eventuele toeslagen met betrekking tot begraven in Westland en sinds wanneer deze toeslagen worden geheven.