Archief

Streekhistorie: Bunker Bremen in het Vinetaduin te Hoek van Holland

Nu het Nederlands Militair Kustverdedigingsmuseum dankzij de "Stichting Zuid-Hollands Landschap" de beschikking heeft over een grote bunker, een voormalige Duitse munitiebunker, type Fl 246, volledig genaamd: " Munitionsauffüllraum für schwere.Flak-Batterie" is de tijd gekomen om iets meer over deze bunker en het bunkercomplex van de voormalige Duitse kustbatterij in het Vinetaduin te Hoek van Holland te vertellen.

De strategische ligging van Hoek van Holland aan de vaarweg die in drie uur varen toegang geeft tot de Rotterdamse haven en het hart van Nederland zorgde er voor dat Hoek van Holland in haar relatief korte bestaan (±150 jaar) een boeiende geschiedenis heeft geschreven op het gebied van de scheepvaart, als badplaats, en niet in de laatste plaats als garnizoensplaats. Binnen de grenzen van het dorp worden nog steeds veel sporen terug gevonden van militaire bouwwerken uit diverse perioden. Het oude kustverdedigingsfort uit 1889, kazematten, waaronder manschappenverblijven, uit de Eerste Wereldoorlog, kazematten, waaronder bouwwerken van de batterij V, uit het Interbellum en Duitse bunkers uit de Tweede Wereldoorlog. Na de Tweede Wereldoorlog kwam er een marine kazerne in het oude kustverdedigingsfort en werd een groot deel van Hoek van Holland veranderd in een Britse legerbasis, het zogenaamde transitcamp. Dit was een aflosplaats voor de Britse troepen van het Rijnleger welke de bezettingsmacht vormde voor de Britse zone in Duitsland. Ook kwam er tijdens de Koude oorlogsperiode in het duinterrein een radio-relaystation van het Amerikaanse leger. In 1954 werd de marine kazerne Hoek van Holland opgeheven en in 1961 het Britse transitcamp. Hiermee kwam er een eind aan Hoek van Holland als garnizoensplaats.

Tijdens de bezetting (1940 - 1945) hadden de Duitsers Hoek van Holland, vanwege haar strategische ligging uitgebouwd tot een Verteidigungsbereich (V.B.) en in 1944 opgeschaald tot Festung. Het VB en daarna de Festung kenden een zeer hoge concentratie van bunkers.

Als erfenis van die bezetting vinden we in het Spanjaardsduin te Hoek van Holland, zoals het gebied officieel heet, de bunkers en overige bouwwerken van de voormalige Duitse Marine kustbatterij (M.K.B) "Vineta" (Stutzpunkt III M).

Aanvankelijk stond het geschut op open beddingen. In 1943 werden de bunkers voor de batterij gebouwd. De reden hiervoor was het toenemende luchtoverwicht van de Britse Royal Air Force en de daarmee gepaard gaande regelmatige bombardementen en beschietingen van het V.B. Hoek van Holland.

De kustbatterij is qua bouwwerken nog helemaal compleet, vier geschutbunkers voor het 15 cm kustgeschut, vuurleiding, manschappenbunkers, een hospitaalbunker en munitiebunkers en een bijzondere bunker voor drinkwatertanks. Zo waren in de hospitaalbunker operatiefaciliteiten aanwezig. De bouwwerken worden met elkaar verbonden door open en overdekte loopgraven.

De bouwwerken van de batterij "Vineta" liggen, samen met de resterende bouwwerken van de Nederlandse batterij V in een afgesloten duinterrein, nu eigendom van en in beheer bij de Stichting Zuid Hollands Landschap. In 1997 werd door het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij bepaald dat de Kapittelduinen en Spanjaardsduin een staatsnatuurmonument zijn (Natura 2000 gebied). Dit vanwege de zeldzame plantensoorten, amfibieën en reptielen welke in het gebied voorkomen. Ook is het duin een belangrijk gebied voor trekvogels.

De Bremen.

De Duitse Genie "Festungspioniere" ontwierp voor de diverse soorten bunkers een standaardontwerp, zogenaamde Regelbauten, die snel konden worden gepland en gebouwd.

De munitiebunker waarover onze stichting beschikt heeft van de Duitsers de naam "Bremen" gekregen. Een stukje eerder langs het pad passeert men de munitiebunker "Hamburg". Men gaf de bunkers vaak de naam van een Duitse stad of streek. De Bremen is een standaard bunker aangeduid met Fl 246. Fl staat voor Flak. In de bunker is 1.530 m³ beton verwerkt. Het type aanduiding geeft aan dat de Bremen als bunker speciaal ontwikkeld is voor de opslag van de zware granaten voor het Duitse luchtafweergeschut. De opslagruimten voor de munitie worden op de plattegrond aangeduid met cijfer 4. In de Bremen waren dus alleen maar opslagruimten. Landelijk zijn er in totaal 35 bunkers van dit type gebouwd.



Plattegrond bunker "Bremen".



Interieur Munitiebunker FI. 246

Na de bevrijding in 1945 werd de hele batterij ontdaan van bewapening en munitie. Hierna werden enkele bunkers in gebruik genomen door de landmacht en een aantal bleven leeg staan..

In oktober 1946 stelde de marine een onderzoek in naar de gebruiksmogelijkheden van de diverse bunkers te Hoek van Holland voor men zou besluiten tot de sloop ervan. Men kon de bunkers gaan gebruiken als bergplaats of commandocentrum.

Op 13 november 1946 zond de Chef van de Marinestaf een nota aan de Commandant Zeemacht Nederland. Hij wees hierbij ook op de oorlogstaak van de Koninklijke Marine te Hoek van Holland, te weten:

1. De controle op de scheepvaart

2. Bevordering en beveiliging van militaire operaties en transporten over zee en over land

3. De beveiliging van militaire objecten

Hoek van Holland viel onder het Marine Commandement Maas, onder commando van kapitein-luitenant ter zee KMR, Oudst Aanwezend Zee-officier te Hoek van Holland G. Quint. Hij was ook Commandant Maritieme Middelen Hoek van Holland. Het commandement Maas bestond uit verschillende diensten. Hiervoor was veel ruimte nodig, kantoorruimte voor stafwerkzaamheden, inclusief verbindingsdienst en huisvestingsruimte voor personeel. De nodige gebouwen moesten zo spoedig mogelijk aangewezen worden.

Quint adviseerde om in hoofdzaak gebruik te maken van het door de Duitsers ontwapende fort met bijbehorende gebouwen en het omringende terrein.

In het oude fort bevond zich het knooppunt van de bestaande telefoon- en telexverbindingen

en de marine telefooncentrale.

In het Vinetaduin werden de twee munitiebunkers Hamburg en Bremen omgebouwd tot respectievelijk commandocentrum en radiostation.

In de eerste bunker werden alle scheepvaartbewegingen, zowel maritiem als marine, gevolgd. In de tweede bunker was een radiostation gevestigd dat werd bemand door radiotelegrafisten. De zenders overigens, stonden opgesteld in de voormalige uitkijkbunker van de Duitsers waarop later de semafoor werd gebouwd. Tot op de dag van vandaag is deze bunker nog geïntegreerd in het huidige gebouw van de scheepvaart verkeerscentrale.

Door de snel voortschrijdende ontwikkelingen bij de elektronica, onder andere radioverbindingen per satelliet, nam de belangrijkheid van beide bunkers snel af.

De taken die in de bunkers werden verricht bleven wel belangrijk maar werden steeds meer gecentraliseerd.

Dit betekende dat de commando bunker in de loop van de jaren 60 werd gesloten en nog enige tijd 'slapend' bleef. Hetzelfde gold voor de radio bunker, de communicatie bleef maar in plaats van meerdere radiostations van de KM werd het er uiteindelijk maar één, nl. 'NORA' (North Atlantic Radio) in Ouddorp.

Verder was de komst van de satellieten er mede de oorzaak van dat de oude klassieke en betrouwbaarste manier van communiceren, namelijk de morse code, uitstierf.

Onze buren die hun onderkomen hebben in een hospitaalbunker, Kleiner Sanitätsunterstand 638, zijn radiozendamateurs. Zij maken nog wel gebruik van de oude vertrouwde morse code.



Munitiebunker Bremen, situatie december 2001.

Bronnen:

Hans Sakkers, Festung Hoek van Holland, eigen uitgave Middelburg 1992.

Rudi Rolf & Hans Sakkers, Duitse bunkers in Nederland, PRAK publishing, Middelburg 2005.

Drs. J. R. Verbeek, Zwetende Pantsermannen bestaan niet, Uitg. Stichting Fort a/d Hoek van Holland 2001.

Documenten Ministerie van Marine en overige illustraties archief St. Fort a/d Hoek v Holland.

Foto munitiebunker Bremen: G. v.Geffen.

Auteur: Dick Ruis van de St. Fort a/d Hoek van Holland en het Historisch Genootschap Hoek van Holland.