Meer verzuim onder mbo-leerlingen uit Midden-Delfland
Het aantal leerlingen woonachtig in Midden-Delfland dat regelmatig te laat komt of lessen mist, is in het afgelopen schooljaar gestegen naar 55. Dat blijkt uit het jaarverslag leerplicht dat de gemeente naar de gemeenteraad heeft gestuurd. Vooral onder studenten in het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) zijn meer verzuimgevallen geregistreerd
Bij de mbo-leerlingen is te zien dat het vaak jongeren zijn die in de coronapandemie aan hun opleiding begonnen of toen nog op het vmbo zaten. Dit zou invloed gehad kunnen hebben, al is dat niet met zekerheid te zeggen. In de rapportage wordt gesteld dat de intensiteit van de problemen waar jongeren mee kampen is toegenomen. "Het 'gewone' spijbelen komt bijna niet meer voor."
De gemeente zet verschillende middelen in om schoolverzuim terug te dringen. Een van die maatregelen is in samenwerking met Bureau Halt, waarbij leerlingen een leer- of werkstraf krijgen na meerdere keren te laat komen of spijbelen. Dit middel wordt ingezet bij 12 tot 60 uur ongeoorloofd verzuim en blijkt effectief: "Leerlingen horen van anderen, dat je beter ervoor kan zorgen dat je daar niet komt. Hierdoor neemt het te laat komen en zomaar een uurtje spijbelen af", aldus het jaarverslag. Halt-afdoeningen werden in het afgelopen schooljaar één keer opgelegd.
Naast Halt werkt de gemeente volgens de Methodische Aanpak Schoolverzuim (MAS), een methode waarin maatwerk en vroegtijdige hulpverlening centraal staan. De leerplichtambtenaar speelt hierbij een sleutelrol en zoekt naar de oorzaak van het verzuim, zoals sociaal-emotionele problemen of gezinsproblematiek. Scholen melden verzuim digitaal via een landelijk loket, waardoor sneller kan worden ingegrepen.