Tuinbouw goed voor bijna 3 procent van de Nederlandse economie

Bedrijven in de tuinbouwsector dragen bijna 24 miljard euro bij aan de Nederlandse economie. De sector laat, ondanks zware jaren (corona en Oekraïne), een jaarlijkse groei zien in productie, werkgelegenheid en innovatie.

Dat blijkt uit de Tuinbouwcijfers 2022, die het CBS en Wageningen Economic Research vandaag bekend hebben gemaakt tijdens de GreenTech in Amsterdam. Dat evenement is gericht op innovaties binnen de tuinbouw en is vandaag van start gegaan. Veel Westlandse bedrijven zijn er te vinden.

Volgens Jaap Bond, boegbeeld van Topsector Tuinbouw & Uitgangsmaterialen, is het een belangrijk signaal dat de sector volop inzet op innovatie. Dat zorgt volgens hem voor een veerkrachtige en toekomstgerichte sector. “Belangrijk is dat onze innovaties niet alleen in Nederland blijven, maar de hele wereld over gaan. Door volop in te zetten op innoveren voor de toekomst, werken we aan duurzame oplossingen voor wereldwijde maatschappelijke problemen. Denk dan aan slim watergebruik, gezonde en duurzame voeding, kennisontwikkeling en een groene leefomgeving. Deze veerkrachtige sector is daarmee van grote betekenis voor zowel Nederland als ver daarbuiten.”

Waarde en werkgelegenheid

Uit de nieuwe cijfers blijkt dat de totale bijdrage van de tuinbouw aan de Nederlandse economie is gestegen van 2,6 naar 2,8 procent van het bruto binnenlands product. Daarmee is de sector belangrijker geworden voor de Nederlandse economie. Daarnaast zorgt de tuinbouw voor 3,1 procent van de totale werkgelegenheid, wat neerkomt op ruim 246.000 banen.

Veerkracht

Volgens Adri Bom-Lemstra, voorzitter van Glastuinbouw Nederland, kreeg de tuinbouw het de afgelopen jaren flink voor de kiezen. De hoge energieprijzen, de duurdere grondstoffen en de situatie in Oekraïne hadden grote invloed op de sector. Het is en blijft volgens haar een uitdagende situatie. “De verduurzamingsopgaven liegen er niet om en vragen vertrouwen in de toekomst. De cijfers laten de veerkracht van de tuinbouw zien. Om de internationale concurrentiepositie vast te houden, moeten we met elkaar de focus houden op verduurzaming. Daarbij moeten we blijven investeren in een goed ondernemers- en vestigingsklimaat in Nederland.“