Notenkraam Evers moet plek op markt 's-Gravenzande inleveren
Arie Evers zal de standplaats van zijn notenkraam op de markt in 's-Gravenzande toch moeten inleveren, zo is vanavond duidelijk geworden.
Wethouder Albert Abee meldde dat het college van B en W gisteren heeft besloten een vergunning te verlenen aan de notenkraam die als eerste op de wachtlijst stond. In een commissievergadering van de Westlandse gemeenteraad sprak Abee van "een uitermate te betreuren gang van zaken".
De vergunning voor een standplaats aan Evers is in augustus 2021 verleend. Echter, al voordat tot de afgifte daarvan werd overgegaan, was er bij de gemeente al tegen dat voornemen bezwaar aangetekend door de collega-concurrent die als eerste op de branche-wachtlijst stond.
Abee vertelde dat er in de afgelopen weken veel dingen op een rijtje zijn gezet. Met name is er binnen de ambtelijke dienst duidelijk afgebakend hoe het zit met bevoegdheden en in welke situaties de betrokken wethouder moet worden ingeschakeld om een vraagstuk op te lossen.
De gemeente erkent dat deze situatie een financiële schadepost is voor Evers. Westland is voor dit soort uitglijers verzekerd.
Geen perspectief voor twee notenkramen
Raadslid Peter Duijsens (Westland Verstandig) opperde nog om op de markt in s-Gravenzande een beetje in te schikken, zodat beide marktkooplieden daar een plek hebben. Los van dat ruimte-aspect wierp Abee op, dat het bij een markt ook gaat om een verdeling naar branches. "Daar moet iemand dan wel zijn boterham kunnen verdienen. De spoeling dunner maken is dan niet de oplossing en bovendien aanvechtbaar", verklaarde de wethouder.
Arie Evers laat het er niet bij zitten: "Ik ga met mijn advocaat zitten of we nog in hoger beroep kunnen."
