'Verlangde huisvesting van statushouders onhaalbaar'

Wethouder Ben van der Stee denkt dat het niet haalbaar is om vóór 1 april 45 statushouders in Westland te huisvesten.

Dat liet Van der Stee zich maandagavond ontvallen in een commissievergadering van de Westlandse gemeenteraad. "Wij zullen verder met de provincie in gesprek moeten", zei de wethouder. Hij zette onder meer de taakstelling met betrekking tot statushouders tegenover de locatiebeperkingen van de provincie ten aanzien van zogeheten flexwoningen en huisvesting van arbeidsmigranten.

Eerste halfjaar
In de eerste helft van dit jaar dient de gemeente Westland onderdak te gaan bieden aan 89 statushouders (vluchtelingen met een verblijfsvergunning). Om druk op de ketel te houden, moeten er, zoals gezegd, van die 89 in de periode tot 1 april minimaal 45 worden ondergebracht, zo blijkt uit een brief van de provincie Zuid-Holland aan B en W van Westland.

De taakstelling van 89 is de optelsom van een achterstand van 4 per 1 januari dit jaar en toevoeging van 85 nieuwe. De statushouders worden door de overheid over de gemeenten verdeeld naar rato van het inwonertal.

De provincie doet in haar brief ook nog een suggestie over het voorzien in woonruimte. "Omdat met name vergunninghouders die wachten op het nareizende gezin lang in de opvang blijven, adviseren wij u om juist voor deze groep vergunninghouders tijdelijke huisvesting te realiseren (Flexwonen)", aldus de provincie.
Westland mikt overigens al jaren op het onderbrengen van gezinnen boven alleenstaanden, omdat elk gezinslid meetelt om te voldoen aan de taakstelling. Er wordt op diverse locaties in de gemeente al wel gestreefd naar zogeheten flexwoningen, maar de realisatie daarvan wil - als gevolg van diverse factoren - nog niet erg vlotten.