Bij Careyn 90 thuishulpen te duur

Bij thuiszorginstelling Careyn hebben in het Westland circa 90 van de 350 thuishulpen te horen gekregen dat zij te duur zijn. Als zij genoegen nemen met minder salaris, kunnen zij in dienst blijven. Careyn zegt te moeten bezuinigen wegens een dalende vraag naar gespecialiseerd personeel.

Volgens Careyn sluit het personeelsbestand niet aan bij de hulpvraag van de gemeente. De trend is dat er steeds meer inwoners van het Westland (net als in de rest van Nederland) een indicatie krijgen voor HH1 (eenvoudig huishoudelijk werk). Dit werk kan worden uitgevoerd door huishoudelijke hulpen, maar wordt op dit moment in flinke getale gedaan door thuishulpen A en B, die hiervoor in feite overgekwalificeerd zijn en daarom ook duurder.

Medewerkers in de huishoudelijke zorg in het Westland zouden van oudsher een relatief hoog salaris hebben ten opzichte van soortgelijke medewerkers elders. Bij de invoering van nieuwe wetgeving, de WMO, heeft Careyn het verlies op zich genomen en dit beperkt door ook alphahulpen in te zetten. Vorig jaar is de inzet van alphahulpen door de wetswijziging WMO beperkt.

De gemeente heeft in 2010 een hoger tarief betaald om de werkgelegenheid van de huidige werknemers te garanderen. Vanaf 2011 geldt er een nieuw contract waarin een flink lager tarief is afgesproken. De boventallige thuishulpen A en B kunnen in dienst blijven in de functie van huishoudelijke hulp. Daarbij vult Careyn het salaris een jaar lang aan tot het huidige niveau.