Kunnen gewasbeschermingsmiddelen sneller afbreken met behulp van wormen?
Royal Brinkman is een 45-daagse proef gestart waarbij onderzocht wordt of wormen het afbreken van gewasbeschermingsmiddelen kunnen versnellen.
Dat kan helpen bij de zuivering van afvalwater; een belangrijk thema binnen de Westlandse glastuinbouw. Zo min mogelijk water gebruiken in de glastuinbouw en zoveel mogelijk van dat water hergebruiken. Dat is wat Royal Brinkman, met de hoofdvestiging in 's-Gravenzande, uiteindelijk hoopt te bereiken. Daarom zijn ze met het kenniscentrum van waterschappen (STOWA) en de gemeente Westland begonnen aan het project VEGETA: VErmifiltratie om GEwasbeschermingsmiddelen in de Tuinbouw Af te breken.
Uit eerder onderzoek van de universiteit van Wageningen is gebleken dat grond, verrijkt met bacteriën, de capaciteit heeft om gewasbeschermingsmiddelen af te breken. Door de beweging van de wormen in de grond ontstaat er meer contact tussen de gewasbeschermingsmiddelen en de bacteriën. Hierdoor wordt het oppervlak van de filtratie groter. Daarnaast bestaat de mogelijkheid dat de enzymen in de spijsvertering van de wormen de afbraak van de gewasbeschermingsmiddelen versnellen.
Royal Brinkman doet proeven met twee plastic containers van duizend liter die zijn gevuld met een mix van potgrond, stro en slib. Er is een behandeling mét en eentje zónder wormen. Er worden gedurende de proef regelmatig monsters genomen van het substraat en het water. Door dit onderzoek te doen wil Royal Brinkman in samenwerking met andere bedrijven binnen de sector bijdragen aan een goede toekomst in de glastuinbouw. Na 45 dagen 'percoleren' moet bekend zijn of de inzet van wormen effect heeft en of het zinnig is de techniek verder te verfijnen.