Projectontwikkelaar wil Westlandse wethouders laten verhoren

Kort voor de start van de extra raadsvergadering over de bestuurscultuur in de gemeente Westland, kwam er vrijdagmiddag een gerechtelijke procedure naar buiten waarin enkele wethouders worden betrokken. In een mail aan vier gemeenteraadsleden wordt op subtiele wijze een link gelegd met het recente rapport van waarnemend burgemeester Van Ardenne.

In haar 'Rapport van bevindingen' van 7 februari jl beschrijft Van Ardenne negen situaties waarin door wethouders, raadsleden en/of ambtenaren niet volgens het boekje is gehandeld. In de mail van een advocaat aan de raadsleden Hoogerbrugge (GBW), Van der Mark (CDA), Varekamp (VVD) en Voskamp (LPF) staat bovenaan 'Betreft: Zaak 10 Rapport van bevindingen'.

Namens projectontwikkelaar Hoogenburgh 's-Gravenzande heeft die advocaat donderdag bij de Haagse rechtbank een voorlopig getuigenverhoor aangevraagd. Daarbij zouden de projectontwikkelaar, een makelaar, drie wethouders en enkele ambtenaren onder ede verhoord moeten worden.

Toezegging of miscommunicatie?

Is er door wethouders een toezegging gedaan die niet is waargemaakt? Is er sprake van miscommunicatie binnen het gemeentelijk apparaat? Of is er sprake van het over het hoofd zien van een wettelijke bepaling? Dat zijn enkele vragen die zich opdringen bij het lezen van de mail aan de raadsleden.

Tijdens de evaluatie van het project Villa Hoogenburgh zou in 2016 door de wethouders De Goeij en Weverling zijn aangegeven, dat de zogeheten afroomregeling niet van toepassing zou zijn, gezien de aantoonbare (extra) investeringen die de projectontwikkelaar heeft gedaan.

'Onbehoorlijk bestuur'

Nadat de ontwikkelaar gedurende ruim een jaar niks meer van de gemeente Westland had vernomen, kwam op 10 augustus 2017 het betalingsverzoek van de gemeente om een bedrag van 120.909 euro (exclusief btw) over te maken. De ontwikkelaar noemt dit onbehoorlijk bestuur en zoekt nu zijn gelijk bij de rechter.