GBW: Eerst alternatief voordat gemeentewerf wordt verkocht

Een verkoop van de gemeentewerf in 's-Gravenzande kan pas plaatsvinden als er elders in deze dorpskern een tijdelijke werf is, die betaald wordt uit de opbrengst van de verkoop. Tegelijkertijd moet er onderzoek komen naar de haalbaarheid van een centrale werf ergens in de gemeente, die veel meer uren open is en veel meer aanbod van vuil aankan dan de optel som van de huidige drie werven.

Deze wens verwoordt GemeenteBelang Westland in een motie, die tijdens de raadsvergadering van 21 maart wordt ingediend. GBW, maar ook Westland Verstandig, heeft zich gestoord aan het feit dat de verkoop van de 's-Gravenzandse werf al 'op straat' ligt, voordat er in de raad over de toekomst van de gemeentewerven is gesproken. Wethouder Ouwendijk heeft gezegd dat er nog geen overeenstemming is met het bedrijf BOAL, maar GBW zet daar vraagtekens bij nu het bedrijf zijn personeel al over de aankoop van de grond heeft ingelicht.

Verkoop leidt ertoe dat zonder maatregelen alle Westlandse aanvoer van grofvuil bij de werven in Monster en Naaldwijk terecht komt. De fractie wijst erop dat meerdere partijen gewezen hebben op de nu al onhoudbare situatie in Naaldwijk. In elke kern een eigen werf mooi zou zijn, maar nog beter is het om een grote centrale werf te realiseren. "Uitgangspunt daarbij moet zijn dat er absoluut geen vermindering van de dienstverlening en openstelling van de werf aan de orde kan zijn", aldus GBW.